[Brizé, Cornelis]
BRIZÉ (Cornelis), stilleven- en portretschilder te Amsterdam, is in 1622 te Haarlem geb. en tusschen 1665 en 1670 vermoedelijk te Amsterdam gest. Als weduwnaar van Ida Cornelisdr. ondertrouwde hij te Amsterdam 6 Juli 1663, Marrike Marcus. Hij was toen en nog tot 1665 kastelein van den Schouwburg op de Keizersgracht. In een verkooping te Amsterdam in 1886 was van hem een 1652 gedateerd mansportret. Voor de blijde inkomst van Louise Henriëtte, keurvorstin van Brandenburg, te Amsterdam in Aug. 1659 ontwierp hij zegewagens. Op een jongensportret door Pieter de Grebber 1654, in de collectie Wachtmeister te Tistad (Zweden), staat een door hem geschilderd harnas; beide schilders hebben dit stuk gesigneerd. Overigens bestaat zijn werk voornl. uit stillevens van een eigenaardige samenstelling. Voor de thesaurierskamer van het Stadhuis te Amsterdam schilderde hij in 1656 een voorstelling van allerlei saamgebonden actes, die door Vondel en Vos bezongen is en thans berust in het Stedelijk Museum te Amsterdam. De deuren van het kleine orgel in de Oude Kerk werden in 1663 door hem met een keur van muziekinstrumenten beschilderd, en zijn stillevens, bestaande uit jachtgerei, vindt men o.a. in het Rijksmuseum te Amsterdam. De groote geschilderde herauten in de Oranjezaal te 's Gravenhage worden hem toegeschreven. In 1670 hertrouwde zijn weduwe met den schilder Govert van der Leeuw.
Zie: Oud- Holland III, 71; XXIV, 157, 175; Aemstels Oudheid II, 126; Ned. Kunstbode III, 234, 235; Thieme und Becker, Allg. Lexikon bild. Künstler, in voce.
Moes