examen voor surnumerair van den waterstaat werd hij met ingang van 1 Juli 1853 als zoodanig benoemd en te 's Gravenhage geplaatst, waar hij een deel van den dienst van den ziekelijken ingenieur Boerrigter waarnam; vervolgens deed hij van 15 Oct. 1853 tot 1 Oct. 1854 dienst te Gorinchem onder den hoofdingenieur-titulair Docters van Leeuwen bij de vorming der Nieuwe Merwede. Toen werd hij benoemd tot aspirant-ingenieur, en belast met den dienst van arrondissementsingenieur te Utrecht. Ditzelfde werd hij 1 Oct. 1856 te Roermond en 1 Mei 1860 te Zutfen. Eerst met ingang van 1 Oct. 1861 werd Brevet bevorderd tot ingenieur 2e klasse. Te Zutfen voerde hij verscheidene belangrijke werken uit, waaronder den aanleg van het kanaal Apeldoorn-Dieren. Brevet lette hier te weinig op de noodzakelijkheid om het kanaal in droge tijden te voeden, zoodat het voorkwam, dat er konijnenholen in den bodem van het kanaal gevonden werden. Verder geschiedden onder zijn toezicht de bouw der inrichting voor jeugdige veroordeelden de ‘Kruisberg’ bij Doetinchem en de ophooging van den overlaat, genaamd de Kanonsdijk. Op 1 Oct. 1867 werd hij naar Maastricht, op 1 Juli 1870 naar Leeuwarden verplaatst. waar hij ingenieur voor het westelijk arrondissement werd, tot hetwelk de haven van Harlingen behoorde. Deze haven moest ingevolge der wet van 1 Juni 1870 van rijkswege worden aangelegd in verband met den bouw van den spoorweg Harlingen-Leeuwarden, en er was daarvoor door den hoofdingenieur Waldorp een ontwerp gemaakt. Brevet deed geene poging, in dit plan iets te veranderen, en heeft de haven geheel volgens dat plan uitgevoerd. Een door hem gebouwde kaaimuur ging tijdens den storm van 31 Jan. 1877 voorover, zoodat men sedert dien tijd geen treinen daarlangs liet rijden. Aan hem
is de dam op de Pollen zijn aanzijn verschuldigd, die echter volgens zijne denkbeelden eene geheel andere werking zou moeten uitoefenen dan hij gedaan heeft; Brevet meende, dat een geul langs de noordzijde van den dam zou te onderhouden zijn en hij legde den dam dus langs de zuidzijde van de reeds gebaggerde geul; na eenige jaren bleek het, dat zich een geul langs de zuidzijde van den dam had uitgeschuurd, die dieper was dan de gebaggerde aan de noordzijde. De dam werd in 1875 ter lengte van 1000 meter aangevangen, in 1882 was hij ten gevolge van 5 verlengingen 2940 meter lang.
Brevet werd met ingang van 1 Apr. 1881 hoofdingenieur. Hij werd te Middelburg geplaatst, doch de provincie Zeeland was hem, hoewel met 1 Jan. 1881 de provinciale dienst van den rijksdienst gescheiden was, te zwaar; hij had niet meer de geestkracht, zich in de zaken van deze provincie, waar hij vroeger nooit gediend had, in te werken. Met 1 Nov. 1887 werd hij naar Maastricht verplaatst, waar hij niet lang daarna overleed.
Brevet huwde 4 Apr. 1860 J.G. Moolenburgh, die hem overleefde. Hij had geene kinderen.
Ramaer