Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 2

[Boon, Adriaen]

BOON (Adriaen). Drie personen van dezen naam hebben in de rotterdamsche regeering gezeten. De oudste (1), ged. te Rotterdam 12 Dec. 1623, overl. aldaar 3 Juni 1667, was een zoon van Pouwels Adriaensz. Boon en Maertgen Krijnen. Te Leiden 19 Juni 1643 student geworden, promoveerde hij aldaar in de rechten. In 1649 werd hij in zijn vaderstad in de regeering gekozen, van 1653-1667 was hij lid der vroedschap, van 1655-1660 gedeputeerde ter dagvaart, gecommitteerde raad van 1661-1663 en in 1667, lid van het college der admiraliteit op de Maas van 1663-1666 en burgemeester in 1666. In eerste huwelijk trouwde hij 2 Aug. 1648 te Rotterdam met Cornelia Hartman. dochter van burgemeester Adriaen Hartman, en in 2de huwelijk 15 April 1659 aldaar met Suzanna van der Velde. Zijn portret komt voor op het in 1653 door Jan Damen Cool geschilderde regentenstuk van het Heiligegeesthuis, zich bevindende in het Mus. Boijmans n^o. 57 (1883).

Zijn zoon en naamgenoot (2), werd ged. 14 Febr. 1653 en begr. 23 Oct. 1693. Te Leiden student geworden 25 April 1672 (met onjuisten Ieeftijd in het gedrukte Alb. Stud.), promoveerde hij aldaar 11 Mei 1675 in de rechten op een diss. de Testamentis ordinandis. In 1677 reeds vinden wij hem onder de bewindhebbers van de W.-I.C. der kamer Rotterdam. Van 1679-92 was hij vroedschapslid en bekleedde in die periode nog allerlei kleinere stedelijke ambten; ook was hij viermaal burgemeester en herhaaldelijk gedeputeerde ter dagvaart. 6 Oct. 1692 werd hij met verschillende anderen uit de vroedschap ontslagen om zijn politieke gevoelens. Hij huwde in Aug. 1682 te Delft met Theodora Meerman of Meermans. Er bestaat een portret van hem in 1684 geschilderd door P. Veen.

Zijn zoon en naamgenoot (3), ged. 3 Juni 1683, begr. 5 Dec. 1728, werd 14 Mei 1703 student te Leiden en promoveerde aldaar 19 Mei van dat jaar in de rechten op een diss. de Statu Hominum. In 1711 werd hij tot schepen van zijn vaderstad benoemd, van 1719-1730 was hij bewindhebber van de W.-I.C. der kamer Rotterdam, vroedschapslid van 1721-1728, terwijl hij nog verschillende kleinere stedelijke ambten bekleed heeft. Tusschen 1721 en 1728 was hij meermalen gedeputeerde ter dagvaart, van 1724 tot 1727 gecommitteerde raad en verder treffen wij hem aan als commissaris van de posterij. Hij huwde 16 Dec. 1706 te Rotterdam met Johanna Jacoba Dubois.

Zie: Bronnen Gesch. Rott. I; Moes Icon. Bat. n^o. 858.

Moquette