[Bien, Pieter Jansz. du]
BIEN (Pieter Jansz. du), of Byen werd in 1560 schepen te Rotterdam en was vroedschapslid dier stad van 1572 tot zijn dood, 14 Jan. 1592. Meermalen werd hij in die periode benoemd om mee ter dagvaart te gaan en in 1588 was hij burgemeester. Hij behoorde tot de voorstanders der hervorming; met den rector Cornelis Meynertsz. Boon, Leendert Say en andere invloedrijke burgers was hij (1566) naar Vianen getrokken om met den heer van Brederode te beraadslagen over hetgeen te doen stond bij de gevreesde komst der spaansche troepen. Hij maakte deel uit van de deputatie, 3 Oct. 1566 aan de burgemeesters der stad gezonden en den volgenden dag aan de vroedschap, met het voorstel om de meening van schutterij en gilden te vernemen omtrent een eventueel verzoek aan den Prins van Oranje om naar Holland te komen. Zijn naam komt ook in 1566 voor op verzoekschriften aan de stedelijke regeering om vrije uitoefening van godsdienst. In 1568 zal hij de komst van Alva wel niet afgewacht hebben en is hij waarschijnIijk uitgeweken. Na het vertrek der spaanschgezinde leden der regeering behoorde hij tot de eersten der nieuwe partij, die in de regeering gekozen werden. Hij was brouwer en tevens eigenaar van de haringplaats ‘Hamburg’ aan het Westnieuwland en in 1572 van de haringplaats ‘Padmos’ aldaar. Hij was eerst gehuwd met Catharina Cornelisd. van Vlooswijck, later met Maritgen Dircxd. van Montfoort.
Zie: Bronnen Gesch. Rott. I; Rott. Historiebl. II, 735; Elias, De vroedschap van Amsterdam I, 84; Rott. Jrb. VIII, 96, 99.
Moquette