[Aerts, Norbertus]
AERTS (Norbertus) geb. te Antwerpen 23 Juli 1639, gest. te Amsterdam 16 Sept. 1707. Toen hij zijn voorbereidende studiën voltooid had, trad deze koopmanszoon 24 Sept 1657 in de Sociëteit van Jezus, en werd spoedig na zijn priesterwijding in 1670 naar de ‘Hollandsche Missie’ gezonden, waar hij, behoudens eenige maanden, die hij te Antwerpen in 1687 doorbracht, tot zijn dood toe verbleef. Gedurende den eersten tijd van zijn verblijf hier te lande leende hij op verscheidene plaatsen zijn geestelijke hulp, van 1673-1697 stond hij te Schipluiden en moest er, ondanks zijn verzet, de zielzorg over de gemeente Maasland aan saeculieren afstaan. Den tijd, dien hij vrij had, besteedde hij aan het verzamelen van geschiedkundige gegevens omtrent den arbeid der Jezuïeten in dit Missiegebied. Aan zijn onvermoeiden ijver en werklust is aldus het ontstaan te danken van 10 folio-deelen, waarin hij de geschiedenis der Jezuïeten-Missie tot onder het vicariaat van Mgr. Neercassel beschrijft. In 1697 maakten hem de hevige jichtaanvallen, die hem 8 jaren lang dwongen op krukken te loopen, voor het parochiewerk ongeschikt, waarop hij naar Delft vertrok. Waarschijnlijk verschafte hij tijdens zijn verblijf aldaar aan pastoor van Wijck te Kethel een aantal bewijsstukken voor diens Kort Memoriael omtrent den voortgang der Jansenisten. Na drie jaar bedlegerig geweest te zijn, overleed A. in de ‘Zonnebloem’, een Jezuïetenhuis te Amsterdam.
Vgl.: Bijdragen Gesch. Bisdom Haarlem VII, register en VIII, 112 v.; C.F. Waldack, Historia Prov. Flandro- Belgicae S.I. 101; C. Sommervogel, Bibliothèque d.l. Comp. de Jésus. I, 62.
Derks