[Esser, Isaac]
ESSER (Isaac), geb. 3 Mei 1818 te Haarlem, overl. 11 Oct. 1885; zoon van Mr. Pieter Hendrik Esser, procureur-generaal bij 't hooggerechtshof te Batavia. Op 18-jarigen leeftijd naar Indië vertrokken, klom hij aldaar op van klerk tot adjunct-inspecteur der cultures. Onder veel tegenstand ging hij evangeliseeren en maleische christelijke lectuur verspreiden. Hij repatrieerde in 1854, ijverde voor de zending onder de Soendaneezen, bezorgde herdrukken van maleische boeken en tractaten, hield bijbellezingen en bewerkte de uitzending van Lion Cachet als zendeling naar de Kaap. In 1861 ging hij weer naar Indië, waar hij als resident van Timor veel deed voor onderwijs en evangelisatie, terwijl de slavenhandel in hem een warm bestrijder vond. Juni 1864 in het vaderland teruggekeerd, stelden Mr. Groen van Prinsterer, die met hem dweepte, Capadose en van Hogendorp hem candidaat voor de Tweede Kamer, zonder dat hij echter gekozen werd. Hij werd nu medewerker aan de Heraut, de Wekstem en de Bazuin. Van 1867-1878 redigeerde hij het 14-daagsch tijdschrift Maranatha. Zijn groote vermaardheid dankt hij aan zijn straatprediking te 's Gravenhage van 1868 af. Hij is de stichter van de zendingsvereeniging, het Javacomité en hij gaf tal van geschriften uit, die vermeld zijn in zijn meest bekend werk: Stractprediking, waarvan zijn zoon den 5en druk bezorgde (Baarn 1910), met bijvoeging van een uitvoerige biographie.
Hij was gehuwd 1o. met Catharina Louisa Carolina Nieuwenhuys; 2o. te Zeist 14 Oct. 1864 met Maria Wilhelmina Hovy, weduwe van Justus de Mol van Otterloo.
Wumkes