1725); Melk voor zuigelingen (1724); Zeden en Mengelstoffen vervattende 20 Predicatiën (1731). Hij vertaalde Bern. de Moor, Oratio de imperfecta Ecclesiae militantis felicitate (1745) en Joh. la Placette, Over de ongeneeslijke algem. twijffel-linge der Roomsche Kerk (Leid. 1738). Over zijn wangedrag gaf hij een Belijdenis, verdediging en smeekschrift.
Zie: Strodtmann, N. Gel. Europa IX, 163; XI, 598; XII, 1049; de Wal, Nalezingen.
Molhuysen