opperhoofd van Jamby in 1663, werd hij in 1667 naar Batavia teruggeroepen en daar andermaal in den raad van justitie geplaatst. In hetzelfde jaar werd hij directeur van Souratte, 1674 naar Jamby gecommitteerd, 1675 benoemd tot gouverneur van Banda. Bij besluit van 1 Dec. 1676 werd hij naar Batavia opontboden, terwijl hem 17 Oct. 1679, nadat een tegen hem hangend proces door den raad van justitie was afgedaan, vergund werd om met zijn familie in zijn qualiteit met de retourvloot terug te keeren. In 1685 beleend met Alblasserdam, werd hij veertigraad te Delft in 1687 en was er van 1691 tot en met 1698 schepen.
Hij huwde tweemaal: 1o. in 1656 met Helena de Meer Jansdr.; 2o. 30 Juni 1667 met Susanna Abbema, geb. 30 April 1646, overl. te Delft 10 Mei 1727.
Zie: Navorscher 1909, 481 vlg.
van Dam van Isselt