komende afwijkende theologische gevoelens, daar 20 Nov. 1592 de kerkeraad besloot hem aan tes preken, of hij zich aan de aangenomen manier van belijdenis wilde onderwerpen. Zijn zoon, de genoemde Henricus A., werd, wonend op de Balans, 4 Febr. 1611 te Middelburg lidmaat der Herv. kerk. Waarschijnlijk is hij dezelfde als Henricus Arondaeus, die 13 Oct. 1614 voorkomt als proponent bij de classis van Walcheren. De inschrijving van een Henricus A. op 18 Febr. 1617 als stud. med. et theol. geeft tot dit vermoeden aanleiding, alsook het feit, dat van den proponent niets verder wordt vernomen, doordat hij dan ten slotte de medicijnen als beroep koos. Als jonggezel van Middelburg en daar wonende, ondertrouwde een Henricus A. half Juni 1618 te Veere met Catharina Coopvaerts j.d. uit die stad. Vermoedelijk als opvolger van Leon. Peutemans werd hij te Middelburg 15 Oct. 1622 jongste stadsgeneesheer. Echter werd hij reeds in de Oude kerk begraven 4 Apr. 1625.
Zie: Vrolikhert, Vlissingsche kerkhemel (Vliss. 1758) 33; Nagtglas, de Kerkeraad der Nederl. Herv. gem. te Middelburg (ald. 1860) 113; Fokker en de Man, Zeeuwsche medici (Midd. 1901) 3.
de Waard