[Andriessen, Nicolaas]
ANDRIESSEN (Nicolaas), geb. te Goes 12 Dec. 1706, gest. te Bieselinge 7 Mrt. 1739, zoon van Johannes A. (1) en Cornelia Petronella Bouwers (kol. 142), werd 13 Sept. 1727 ingeschreven als stud. theol. te Harderwijk, 2 Aug. 1729 geëxamineerd bij de classis van Goes en als proponent door zijn vader bevestigd tot predikant te Waterlandkerkje in Staats-Vlaanderen, op 8 Oct. 1730. Van hier, 13 Mei 1734 in gelijk ambt beroepen naar Bieselinge, is hij daar bevestigd wederom door zijn vader 21 Nov. d.a.v. Hij is tweemaal gehuwd geweest, bij zijn overlijden, behalve eene weduwe, slechts een daaruit gesproten zoon, Johan A., nalatende.
Zie: Boekzaal 1729, II, 119; 1730, II, 248, 634; 1734, I, 634; II, 658; 1739, I, 379; Vrolikhert, Vlissingsche kerkhemel (Vliss. 1758) 320; Nederlandsche Leeuw XXV (1907) 242.
de Waard