De cleyn vverelt
(1608)–Jan Moerman– Auteursrechtvrij
[Folio 26r]
| |
[Folio 26v]
| |
Die Heydenen begroeven haer dooden ghepresen
Met een Lauvver-croone, in voorleden stonden.
De Keyser sprack: seght my den oorspronck van desen,
VVaerom dat den doode met rancken vvort bevvonden?
Bias seyde: dats om dat hy nu is ontbonden
Van t'svverelts ellende, en droefheyt svvaer.
Och hebben die Heydenen dit ondervonden,
En haer dooden verciert met vreughden claer,
Die nochtans moesten ter aerden eenpaer,
En voor vvelcke gesloten vvaren s'hemels hoven:
VVaerom clagen vvy Christenen dan ons dooden eerbaer,
Die nu bevvoonen dat lant hier boven?
VVy: die van Christo hebben d'eeuvvich beloven,
En moghen besitten sijn Coninckrijck hier naer?
|
|