Kaleidoscoop(1938)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 5] [p. 5] Calvijn Hij met de doodskop en fanatisch boos Van baard en oogen, kon geluk ontberen. Waarom de Souvereiniteit des Heeren Juist hem tot feilloos treffend wapen koos? Hij wierp zich ziende in het grondeloos Diep van Zijn eeuwige genaverbonden; Verheffend bovenal en voor altoos Gods Eer, Wiens heiligheid hem had verslonden. Hij werd het hoofd der ijzren hierarchie. Zijn grondwet van het koninkrijk der heemlen Beheerschte onwrikbaar streng geloof en leven. Tyran, bestreed hij elke tyrannie, En dwong, wanneer vijanden rondom weemlen, Den Heer ten strijd, en liet de wereld beven. Vorige Volgende