De donkere bloei(1926)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] Sonnetten San Marco Hier wordt het bidden murmlen en verzuchten, In deze kerk vol geur en wazig licht. Ze is als een koorstdroom en een minnedicht, Zoo liefelijk en zacht en zoo te duchten. Gelijk der zijde glanze' in kreuk en vouwen Tezamen vloeien als 't gewaad vergeelt, Staat hier en ginder nog de Heer gebeeld In bleekend goud en kleuren die vergrauwen. Hier waant de goddelooste ziel zich vroom En wil wel weeldrig moe en zinne-loom In weeken gondel naar den hemel deinen. Maar als het altaar hel van kaarsen straalt, Voelt zij ontzet hoe zij is afgedwaald, En weet den hemel erfgoed van de reinen. Vorige Volgende