J.K. Rensburg 1870-1943. Een Joodse graalzoeker(1981)–Jaap Meijer, [tijdschrift] Engelbewaarder, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 114] [p. 114] XVIII. Zonsondergang. Lichtgrijze lucht, die enk'le stralen schoren Van zon, wegzinkend aan verlaten rand Van zilverzee. Flauw laat zich ruischen hooren Langs 't vlak, dat golfloos als een spiegel spant. Alleen wat wolkjes om azuur-hol gloren Nog van den gloed, die als een zuil zijn brand Richt tot het zand, dat zwijgend menschensporen Wacht uren ver aan Texels maagd'lijk strand. Alleen wat meeuwen - laag op 't water - tieren En bij hun schreeuwen schijnt nu dubbel stil De eerste straal van baken aan te zwieren ... (En waarschuwt zoo, wie nog wat beters wil Dan enkel zingenot in kunst uitvieren En maakt dat met één lichtveeg tot paskwil.) Vorige Volgende