| |
Samuel Coster
NNBW VI,351-356; MEW II,215-217.
| |
57
SPEL // van // TIISKEN // VANDER // SCHILDEN. // Op 't
spreeckwoordt: // Luy, Lecker en veel te meughen, // Dat zijn drie
dinghen die niet en deughen. // (vignet: wapen van Amsterdam) // TOT
AMSTERDAM, // - // By Willem Iansz. op 't waeter, inde vergulde Sonnewyser. //
- // ANNO CIƆ IƆC XIII. | |
| |
PR - P PR:
Voorreden gesproken door Rederijcker en Kijcker. P: Rederijcker;
Kijcker; Tijsken vander Schilden; Vroutjen vander Schilden; Luy, de knecht;
Lecker, de meyt; Ian Rap; Ian Raps maet; Den Boer; Roo Roe; Waert; Vrou
onbescheyts; Sangher; Noch twee jonghers. Toegeschreven aan
Coster (Luyt 1910). Moderne uitgave door Kollewijn (Coster
1883, 493-550). AUB: 688A59; BN: Yi.917; KH: 448J132; MNL:
1090B71); SBH: 129A26:1; UBG: BL5011(7) en BL8032; *UFSIA: Ren Dra;
UUB. Bib. Belgica I,819-827, nr. C654-C656; Brouwer
1948a,245-246; Coster 1883, 491-492; Kalff 1906, IV,121-123; Kalff 1915b,
261-264; Luyt 1910; Rens 1972b, 337-339; Rens 1977a, 78,228; Te Winkel 1973,
III,170-171; Worp 1920, 19,52,69,94; Worp 1970, I,360.
| |
58
(g) Hollandtsche Kamers tot // Amsterdam / (g) // IN LIEFD'
BLOEYENDE, // ITYS // TREVRSPEL. // (vignet: wapen van Amsterdam) // t'
AMSTERDAM, // - // (g) By Cornelis Lodewijcksz. vander Plasse / Boeck- //
vercooper op de hoeck vande Beurse / inden Italiaenschen // Bijbel. (g) Anno
1615. V - P V: Den goed-gunstighen
Leser door C.L. vander Plasse. P: Tereus; Progne; Philomela; Itys;
Baucis; Caralena; Silvia; Grusella; Titirus; Coridon; Daphnis; Reyen.
In de voorrede bij de 2de druk (1618) zegt Coster: ‘De
eerste uyt-verkochte druckvan dit miin Treur-spel ken ick niet, en dat vooral
om het mom-aensicht daer mede het voor den dach komt: Voorts ziinder in
menichte van falen die bymiin schult niet toe en komen, menichte van reghelen
daer uytghelaten anderen nae den zin des Druckers verandert, een staart daar
achter aan gelapt die nochte miins is, nochte daer niet aen en schict. (Zie
58bis) *AUB: Port. ton. 113-15 en 688A58; BN: 4o
Yi.733; KH: 848C6; MNL: 1090B73) en 1070F29; SBH: 129A25:4 en
128A47:3.
| |
58 bis
Samuel Costers // ITHYS // Treur-spel. // Vertoont inde
Nederduydtsche Academie, // int Iaar 1618. Op Kermis. // Tvveede Druck.
// (vignet: schildpad met spreuk ‘OVER.AL THVYS’) // T'AMSTELREDAM,
// - // By Nicolaes Biestkens, Drucker der Duytsche // ACADEMIE, inde Lelie
onder de Doornen. // ANNO M. DC. XVIII. | |
| |
V - P
V: Tot de lezers. P: Sprekende Persoonen: (zie 58) +
Alecto, Megaera, Tisiphone; Eristheus; 2. Dienaers; 2. Staet-juffers.
Moderne uitgave met varianten van 58 door Kollewijn (Coster
1883, 75-140). AUB: Port. ton. 56-11; UBG: BL7202; *UFSIA: Ren
Dra. Bib. Belgica I,829-831, nr. C659-C662; Brouwer 1948a,
251; Coster 1883, 57-76; Kalff 1906, IV, 124-126; Kalff 1915b, 230; Knuvelder
1971, 264-265; Rens 1972b, 340-342; Rens 1974b, 78-88; Rens 1977a, 79,228; Rens
1981a; Te Winkel 1973, III,140-141; Worp 1892, 118-119; Worp 1920,
19,69,94,107; Worp 1970, I,256.
| |
59
Spel vande // (g) Rijcke-Man / // Ghespeelt op de Lotery van 't
Oude // Mannen ende Vrouwen Gast-huys / binnen // Amsterdam. 1615 (g) // Op
Kermisse // Luce capit. 16, vers. 9. // Maeckt u Vrienden van den
onrechtveerdighen Rijckdom, op dat, // wanneer u lieden ontbreken sal,
zy u lieden mogen ontfan- // ghen in de eeuwighe Woonstede. //
(vignet: wapen van Amsterdam) // t'Amsterdam, // (g) By Cornelis Lodewijcksz.
vander Plassen / Boeck= // vercooper aende Beurs / in d'Italiaensche // Bybel.
Anno 1615. (g) V - P V: Tot de Lesers
door C.L. vander Plasse. P: Amstel-God; Amsterdam; Vaderlijcke zorch;
Dichter; Waerheydt; Rycke-man; Wellust; Overdaedt; Onnutte zorch; Ghemeene Man;
Eerzucht; Eyghen-baet; Armoede; Ouderdom; Lazarus; Rey der Enghelen; Rey der
Maechden; Doctor; Quade Gheest. Moderne uitgave door Kollewijn
(Coster 1883, 141-205). BM: 11754.bbb.59; BN: Yi.871; *KH:
851D35; MNL: 1090B72; SBH: 129A26:2 en 128A56:7.
Bib. Belgica I,827-829, nr. C657-C658; Brouwer 1948a, 246-247; Coster
1883, 141-144; Hummelen 1968a,4 30; Kalff 1906, V,123-124; Proost 1933,
112-113; Rens 1972b, 339-340; Rens 1977a, 80,228; Te Winkel 1973, III,125; Worp
1892,119-120; Worp 1920, 19; Worp 1970, I,410-411.
| |
| |
| |
60
SAMVEL COSTERS // IPHIGENIA // Treur-Spel. // Exod. cap. 4, vers.
16. // Moses ghy sult Aarons God ziin. // Aaron ghy sult
Moses mondt ziin, etc. // Lactantius. // Homo dum vult videri nimis
religiosus // Fit superstisiosus et delirat. // (vignet: schildpad
met spreuk ‘OVER.AL. THVYS’) // t'AMSTERDAM, // - // By Nicolaes
Biestkens, inde Lelie onder de Doornen, // ANNO 1617. G - I -
P - G(n) G: allegorische voorstelling; wapen van de Academie
van Coster (n). P: Personen: Achillis; Agamemnon; Calchas;
Menelaus; Prositilaus; Tersites; Euripylus; Palamedes; Nestor; Rey der
Griecken; Vlysses; Iphigenia; Clytaemnestra; Diana; Rey der Priesteren.
*AUB: 514D34; UBG: H644. Er is nog een tweede
druk uit 1617:
| |
60 bis
SAMVEL COSTERS // IPHIGENIA // (g) Treur=Spel. (g) // Exod. cap. 4
vers. 16. // Moses ghy sult Aarons Godt zijn. // Aaron ghy
sult Moses mondt zijn, etc. // Lactantius. // Homo dum vult
videri nimis religiosus // Fit superstisiosus et delirat. //
(typografisch ornament) // Na de Copy. // 'tAMSTERDAM, // - // (g) By Nicolaas
Biestkens / inde Lelie onder de Doornen. (g) // Anno 1617.
I - P P: Personen: (zie 60), Prositilaus is
vervangen door Protesilaus. AUB: 694F103; KB: V.B.6794; MNL:
1090B76); *UFSIA: Ren Dra; UUB. Moderne uitgave met
varianten van 60bis door Kollewijn (Coster 1883, 215-294). In
de druk van 1630 heeft Coster aan het einde nog een scène bijgevoegd
(Coster 1883, 294). BM: 11755.k.6; GUB; KH: Pamflet 2484 en
232N32.5; LUB: 694F103; SBH: 129A26:5 en 129A25:2. (Alle exemplaren dateren van
1617). Bib. Belgica I, 794-796; Kalff 1906, IV,127-128; Kalff
1915b, 231-232; Rens 1972b, 342-345; Rens 1977a, 85,228; Rössing 1889; Te
Winkel 1973, III,141,298,415; Worp 1892, 120-121; Worp 1920, 54-75 passim; Worp
1970, I,257.
| |
61
S. COSTERS // ISABELLA // Treur-spel. // Vertoont in de
Nederduytsche // ACADEMIE. // (vignet: schildpad met onderschrift
‘Overal Thvys’) // T'AMSTERDAM, // - // Voor Cornelis Lodovvijcksz.
vander Plassen, aan // de Beurs, inden Italiaanschen Bybel. 1619. | |
| |
Kolofon: (vignet: een lelie tussen de doornen, met randschrift
‘Ghelijck een lelie onder de doornen So is mijn vriendinne onder de
dochteren, Cant 2.2.’) // T'AMSTERDAM, // - // (g) By Nicolaes Biestkens
/ inde Lelie onder de // Doornen.(g) 1619. G - V - I - P
G: wapen van de Academie van Coster. V: Tot den
Leser. P: Isabella; Rodomont; Zerbiin; Mandricard; Theophilvs;
Schiltcnaap; Boer; Boerin; Ian Hen; Labbe-kack; Barbarossche Soldaten; Rey van
Staat-dochters; Rey van Hemel-lieden.
Achter het stuk
staat: ‘In 't Iaar 1618 is dit Spel ghespeelt op den huyse tot Muyden
// in de groote zaal, tot onthaal van zijn Excell. Prince // van
Orangen.’ Volgens Van Tricht 1980, 85 op 29 sept... De eerste 362 verzen
zijn geschreven door P.C. Hooft. Moderne uitgave door
Kollewijn (Coster 1883, 295-370). De oorspronkelijke druk is herdrukt in Hooft
1972a, 391-481. De door Hooft geschreven verzen zijn naar het handschrift
uitgegeven door Stoett (Hooft 1899, II,417-434). AUB: Port.
ton. 34-18 en 976B157); BN: Yi.753; GUB; KH: 8F24; MNL:
1090B84); SBH: 129A26:6; UBG: BL8032(3); *UFSIA: Ren Dra.
Bib. Belgica I,802-808; Brouwer 1948a, 252-253; Van Hamel
1973, 220; Kalff 1906, IV,129-130; Knuvelder 1971, 263-264; Leendertz 1931, nr.
103-107; Rens 1972b, 345-348; Rens 1977a, 91,228; Te Winkel 1973, III,236-238;
Worp 1892, 121-123; Worp 1895, 162-163, 168-169; Worp 1920, 34-61passim; Worp
1970, I,258-259.
| |
62
S. COSTERS // POLYXENA // Treur-spel. // Vertoont in de
Nederduytsche // ACADEMIE. // (vignet: schildpad, met onderschrift
‘Overal Thvys.’) // T'AMSTERDAM, // - // Voor VVillem Iansz.
Cloppenburch, Boeckver- // kooper aande Beurs, inde vergulde Chroniik. 1619.
Kolofon: (vignet: lelie tussen de doornen, met
randschrift ‘Ghelijck een lelie onder de doornen So is mijn vriendinne
onder de dochteren Cant 2.2.’) // T'AMSTERDAM, // - // (g) By Nicolaas
Biestkens / Boeckdrucker der Duytsche (g) // Academie, (g) in de Lelie onder de
Doornen (g). 1619. I - G - P G: wapen van de
Academie van Coster. P: Andromache; Astianax; Hecvba; Polyxena; Polydorus;
Polymnestor; Agamemnon; Vlysses; Pyrrhus; Mantis; Ibis; Rey van Traciers; Rey
van Griecken; Rey van Trovanen. | |
| |
Volgens Te Winkel 1973, III,
139 is Polyxena het eerste treurspel dat Coster heeft geschreven. Uit de
woorden van Melpomene in Sixtinus' Apollo over de inwydinghe van de
Nederlandtsche Academia, de Byekorf leiden Worp 1920, 45 en Smits-Veldt
1981, 368 af dat Polyxena in september 1617 is opgevoerd en
vóór Iphigenia zou geschreven zijn. Omdat een paar
reizangen uit Polyxena reeds verschenen waren in Apollo of Gesangh
der Musen (1615) (Keersmaekers 1981, 131) acht Smits-Veldt 1981, 368 het
niet onmogelijk dat het hele spel dateert van 1615. Kollewijn plaatst het stuk
echter resoluut op 1619. Moderne uitgave door Kollewijn
(Coster 1883, 371-450) en door G. van Eemeren (Coster 1979).
*AUB: 694F105; BM: 11755.e.56.(2.); BN: Yth.66263; KH: 851D34; MNL:
1090B85); NUB: In. Ned. 10213; SBH: 129A25:7 en 128A47:4; UUB.
Bib. Belgica I,809-810; Brouwer 1948a, 249-251; Coster 1979;
Kalff 1906, IV,130-131; Kollewijn 1886; Rens 1972b, 349-350; Rens 1977,
91-92,228; Smits-Veldt 1981; Te Winkel 1973, III,139-140; Worp 1892, 123-129;
Worp 1920, 45,54,69,94,107; Worp 1970, I,259.
| |
63
(g) Kallefs-Val (g) // Speel-ghewijs voorghe- // stelt den 1.
Iunij // ANNO 1628. // Seneca Epist. 36. // Si vis tibi omnia subijcere, te
subijce rationi. // (g) Wilt ghy't u alles onderdaen / // Soo moet ghy in
de reden staen. (g) // (typografisch ornament) // ANNO 1628. V
- P V: Aen den Leser (v); In fastioses Magistratus
perturbatores, Remp. inquietantes. P: Iaucke en Mieuwes, twee
Schippers; Blinden Yver; Meest anders Ghevoelen; Philotheus en Chrisostomus,
twee Burgeren; Chrijghs-Overste of Majoor; Burgerlijcke Onderrichtinge, een
Maeght; Koster vande Kerck; 't Gherucht; 't Ghemeen-Volck, of Vreed-lievende;
Oproerighe Gemeent, of Broot-rotten; Burgherlijcke sorge, of Borghemeester;
Gomarus, Roelof Pietersz, Triglandus en Eliaser, Predicanten.
Achter het stuk: A.H.T.F.F. // Finem in Posuit I. die Aprilis 1628.
Toegeschreven aan Coster door M.M. Kleerkooper (Kleerkooper
1899). Opgevoerd op 1 juni 1628. *AUB:
Port.ton. 26-16; KH: pamflet 3819 en 6J57; LUB; Prov. Bib. Leeuwarden; SBH:
128A58:5; UBG: Ti. 2232; UUB. Kleerkooper 1899; Te Winkel 1973, III,407;Worp 1970, I,257 n.4.
|
|