Snaacks bedrijf van een Schilder.
Eenen Schilder, die (naer den aert van dat Volck) garen goed cier
maeckte, had op een tijdt een Nicht, die Bruydt geworden was, dese wist niet,
ofse den Schilder wilde ter feest noodighen, vermidts hy sijne winste
doorbrengende, altoos kaal en beroyt voor den dag quam; en derhalven de
bruyloft ontcieren mochte. Den Schilder gewaer wordende, datse hem licktelick
soude t'huys laten, schildert een weeck of twee heel naerstigh, soo dat hy, een
schranderen geest zijnde, in die tijdt, ontrent twee à drie hondert
guldens over-ghewonnen hadde, en toen treffelick gedost, op een schoon Paart,
met een Knecht achter hem, voor-by