Dinsdag 11 januari
Veertig clandestiene brieven in beslag genomen bij een chauffeur. Een aantal
artsen en verplegers en verpleegsters gearresteerd en naar de s-barak overgebracht, de chauffeur in de gevangenis. Om één uur begon
vandaag de uittocht van het Austausch-transport direct na aankomst van de
personentrein. Voor de eerste keer een transport midden op de dag, waarvoor de
mannen en vrouwen niet in de lugubere vroegte van de ochtend uit hun ledikant
waren getrommeld. Fräulein Slottke had tegenover een der optanten, die aarzelde,
verklaard: ‘Dit is een uniek transport; u moet zelf weten wat u doet.’ Of het
een uniek transport zal zijn in de ruime betekenis van het woord, zal nog moeten
blijken; in de beperkte zin was het zeker uniek: een uittocht, waaraan het
hatelijk karakter van deportatie door de personentrein was ontnomen; de optanten
mochten ook hun volledige hebben en houden meenemen. De kampingezetenen, die
niet op transport gingen, moesten om één uur in hun barakken zijn, teneinde
verwarring rondom de trein te voorkomen. Bijna uit alle barakken vertrokken de
landverhuizers in optochten met een laatste afscheid, door gewuif of een druk
van de hand aan open vensters, waar de achterblijvenden in dikke pakken
opeenklitten om de uittocht gade te slaan. Buiten beschouwing gelaten degenen,
die, verhard door het lange verblijf op Westerbork, zaten te schaken of te
kaarten. De uittocht had een vleug van hoop inzoverre, dat de landverhuizers een
kans maken spoedig in het kamp van hun vrienden te geraken, maar men betreurde
het dat zij, in armoede en naaktheid gestoten, een gunst uit de handen van hun
vijanden moesten ontvangen en niet als vrije mensen hun eigen weg konden gaan.
Intussen is met dit transport het neusje van de zalm uit Westerbork vertrokken,
de Barnevelders dan buiten beschouwing gelaten. Ook de oude Trottel, die als man
van internationale verdienste een stempel had van de Lagerkommandantur, moest
het transport volgen, tegen zijn zin en zag zijn hoop, op Nederlandse bodem te
kunnen blijven, vervlogen. Hij was diep bewogen. De commandant had hem getroost
met de verklaring, dat hij zijn vertrek naar Zelle als een grote gunst moest
beschouwen.