Zondag 2 januari
Ontslagen als opzichter bij het foliën-sorteren via de volgende brief:
dienstbereich 12.
Mechanicus, Philipp, 17.4.89. Baracke 71.
Ihre Tätigkeit
als Aufsicht in der Gruppe ‘Folien-sortierung’ ist beendet. Sie bleiben
jedoch der Gruppe ‘Foliensortierung’ weiter zugeteilt mid verrichten
dort die gleiche Arbeit, wie alle anderen Personen, die in dieser Gruppe
beschäftigt sind.
D.B.12 -
Verwaltung. (w.g)
Salinger. L.W., den 2.1.44. S/Sp.
Ik wilde graag eens kennismaken met de grote Salinger, die zich de weelde
veroorlooft zonder initialen te tekenen. Nog nooit had ik van hem gehoord,
buiten noch binnen het kamp. Evenmin als van vele andere Herren, die eveneens
van deze weelde genieten. Lang wachten: mijnheer was in conferentie. Klein
kereltje, onbeduidend schedeltje, zwarte, duistere kraal-oogjes. Hij kon mij
niet de reden opgeven van mijn ontslag: het was op last van Herr Beyer, de
bedrijfsleider, die juist naar Amsterdam was vertrokken op dienstreis, en het
kon niet worden opgeschort. Conferentie met de chef van het gehele bedrijf, Herr
Rosenbaum, in het gewone leven scheikundige, man met een goede naam in het kamp,
humaan. ‘Ongeschikt geacht, mijnheer.’ ‘Volkomen juist’, denk ik in mijn hart,
‘ben ook geen koeliedrijver.’ ‘Ik denk’, zeg ik, ‘dat wel tweederde van allen,
die hier een functie hebben, daarvoor ongeschikt zijn.’ ‘Wel viervijfde,
mijnheer.’ Hij kijkt mij aan met een blik van: wat zegt u van zo'n
openhartigheid! ‘U moet u van het ontslag maar niets aantrekken.’ ‘Doe ik ook
niet, mijnheer. Het zaakje laat me gladkoud. Maar ik wou alleen maar eens weten
waarom ik ontslagen ben. In het briefje staat daarvan niets. Onder
gentlemen schrijft men toch niet zulke briefjes.’ ‘U hebt gelijk,
mijnheer, maar deze samenleving is nu eenmaal zo. Wacht u maar tot Herr Beyer
terugkomt; die zal zeker wel zijn reden gehad hebben.’ Ik denk er het mijne van:
foul play van Cats, de man met de onmenselijke ogen; rancune, omdat ik zijn
collega Nussbaum bij de Moffen had ingedeeld. Cats is gehaat, om allerlei
redenen. Hij heeft vorige week een foliënplukker weer drie uur overwerk bezorgd,
omdat deze een der bedrijfsleiders een grote mond had gegeven. Dat vergeeft men
niet licht aan een ‘lotgenoot’. Twee paar mannenschoenen in de barak
gestolen.