Nochtans een christen(1962)–A. Marja– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 120] [p. 120] Der dichter spricht Wat ik speelde koester ik als beelden in mijn bloed - hoor, het ruist nog van die overvloed: het gedicht ademt licht - het ademt als het ingeslapen kind, het rijst en daalt en rust, tot het begint zich bloot te woelen en gestalte wint - Wat ik speelde sluimert in de beelden en vindt vormen die leven verder geven: poëzie - nu ja - poëzie. Vorige Volgende