Des menschen begin, midden en einde
(1977)–Jan Luyken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 14]
| |
Lukas XII: 37, 38.Zalig zyn die dienstknechten, welke de Heere als hy komt zal waakende vinden: Voorwaar ik zegge u, dat hy hem zal omgorden, en zal ze doen aanzitten, en by komende zal hy haar dienen. En zo hy komt in de tweede [nacht-] waake, en komt in de derde waake, en vind ze alzo, Zalig zyn dezelve dienstknechten. | |
2 Korinthen XI: 3.Doch ik vreeze dat niet eenigsins, gelyk de slange Eva door haare argelistigheid bedroogen heeft, alzo uwe zinnen bedorven worden, [om af te wyken] van de eenvoudigheid die in Christus is. | |
1 Petrus V: 8, 9.Zyt nuchteren, [en] waakt: want uwe tegen-partye de duivel gaat om als een briessende leeuw, zoekende wien hy zoude mogen verslinden.
Den welken wederstaat, vast zynde in het geloove: weetende dat het zelve lyden aan uw broederschap, dat in de wereld is, volbragt word. | |
[pagina 15]
| |
|