Derde bedrijf. Een opkamer in de herberg van Krijn Hansz. Er is vuur aan den haard. Op de tafel brandt een lamp.
Vierde bedrijf, eerste tooneel. Een ruime zaal op het huis te Waardenburg, stamboomen, wapenborden en portretten aan den wand: een dezer laatste stelt Hertog Karel van Gelre, Katharina's vader voor; een andere schilderij vertoont de afbeelding van een geleerde. Elizabeth, Walravine en Heilwig van Arkel zitten aan tafel, bezig met het uitrafelen van oud linnen tot pluksel. Broêr Peter zit aan de andere zijde en herstelt een lederen draagband. Ernst van Ruystede wandelt al peinzende de zaal op en neder.
Vierde bedrijf, tweede tooneel. Een binnenplein van het slot. Op den achtergrond een muur en een poort met torens. Vooraan: het hoofdgebouw. Anna, de Jonkvrouwen van Arkel en Broêr Peter staan op den voorgrond en houden het vuur aan onder twee groote ketels: uit de eene wordt ziedende olie geschept en in potten naar buiten gedragen; de andere is met pek gevuld, waarin kransen worden gedoopt. Men hoort gestadig kanongebulder.
Vijfde bedrijf, eerste tooneel. Een kamer in de Doelen te Bommel, tot gevangenis ingericht. Katharina, Anna, Elizabeth, Walravine, Heilwig, de Jonker van Varick en Broêr Peter zijn in verschillende houding in twee of drie groepen nedergezeten op houten banken of schabellen. Alleen Katharina heeft, tot haar gebruik, een ouden leunstoel. Varick is doodelijk bleek en blijkbaar lijdende. Zijn hoofd en armen zijn met doeken omwonden.