Errata en addenda bij het tweede deel.
p. 627 : HAGEPUID, m., -en (DB)
haagpuid, boomkikvors
‘In de eerste periode ging Prutske's voorliefde naar de vertelsels waarin sprekende beesten voorkwamen en onder deze (...) mollen en bijzonderlijk hagepuiden (...)’ (Prutske, 288)
p. 767 : KAVETE, v., -n (DB, Te) (Oudfrans)
p. 767 : KAZAVIK, v., -en (DB, Te: kazavek) (Fr. cache-avec) (van Slavische oorsprong)
p. 1772: TRUIS, m., truisen en truizen (DB, GL)
p. 1847: VERBORSTELD, bn. (DB, Te: verbusteld)
ongekamd, verward
p. 1849: VERDEMELEREN, verdemeleerde, verdemeleerd (overg.) (Te, DB: verdemelieren) (Fr.: démolir)
p. 1896: VERSTEVEN, verl. deelw. van verstijven, versteef
‘Hij bleef daar als vast en versteven zijnen boterham bezien, zonder te kunnen roeren’ (Lenteleven, 58)
p. 1955: VOORBIJSCHUIFELEN, schuifelde voorbij, voorbijgeschuifeld schuifelend voorbijgaan
‘Diep in de dekens zelfs durft zij niet vrij nadenken, omdat in die angstig strenge stilte onverwachts wakende voetstappen voorbijschuifelen’ (Levensbloesem, 292)
VOORBIJSPOREN, spoorde voorbij, voorbijgespoord (onoverg.) (van trein) voorbijrijden)
het voorbeeld dat nu bij ‘voorbijschuifelen’ gegeven werd, hoort hier thuis.