Subjectieve reportage(1940)–L.Th. Lehmann– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Dolende ridder Hij was zo aards dat hij haast door de grond zonk, hij liep vaak in de regen zonder jas, at daarbij liefst een appel en hij was tevreden als hij naar een natte hond stonk. Met deze aardsheid vond hij liefde pas volmaakt, (zijn hart was als een stage lontvonk). Maar toen de kans op dit volmaakt verbond slonk, wendd' hij zich tijd'lijk af van zon en gras en is verbeten naar de vrouw gaan zoeken. Hij wist zich thuis in de mondainste hoeken en kreeg veel sympathie, maar steeds massaal. Kans voor selectie werd hem niet geboden, als 'n tapdancer bewonderd door de zaal. Men dacht: hij heeft een partner niet van node. Vorige Volgende