Naam en hoedanigheid |
AfkortingGa naar voetnoot1) |
|
|
Dr. A.D.F. Addink, hoogleraar in de Dierfysiologie aan de Rijksuniversiteit te Leiden. |
Add. |
Dr. P. Baas, bioloog, Rijksherbarium te Leiden. |
Baa. |
Dr. R. Boddeke, bioloog, Rijksinstituut voor Visserijonderzoek te IJmuiden. |
Bod. |
Drs. E.A.J. Burke, geoloog, Instituut voor Aardwetenschappen van de Vrije Universiteit te Amsterdam. |
Bu. |
Drs. A.A.H.M. Corten, bioloog, Rijksinstituut voor Visserijonderzoek te IJmuiden. |
Co. |
Dr. H.W.C. Couzijn, bioloog, te Heiloo. |
Cou. |
Dr. B.C. Damsteegt, oud-hoogleraar in de Nederlandse Taalkunde aan de Rijksuniversiteit te Leiden. |
Dam. |
Ir. F.L. Dieleman, bioloog, Laboratorium voor Entomologie van de Landbouw-universiteit te Wageningen. |
Di. |
Mej. C. Dikshoorn, Engels vertaalster, te Zeist. |
|
Mevr. dr. W.S.S. van der Feen-van Benthem Jutting, biologe, oud-conservatrice van het Zoölogisch Museum van de Universiteit van Amsterdam. |
Fee. |
Dr. P. Galluzzi, hoogleraar in de Geschiedenis der Natuurwetenschappen aan de Universiteit van Siena; directeur van het Istituto e Museo di Storia della Scienze, Florence. |
Gal. |
Drs. D.J. de Jong, bioloog, te Goes. |
Jo. |
Drs. J. Krikken, bioloog, Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden. |
Kri. |
H.W. van Leeuwen, archivist, Gemeentelijke Archiefdienst te Delft. |
Lee. |
Drs. L.C. Palm, wetenschapshistoricus, Instituut voor Geschiedenis der Natuurwetenschappen aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. |
|
Dr. C. Romijn (†), oud-hoogleraar in de Veterinaire Fysiologie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. |
Ro. |
Dr. F.A. Stafleu, oud-hoogleraar in de Bijzondere Plantkunde aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. |
|
Dr. G. Vanpaemel, wetenschapshistoricus, te Leuven. |
Va. |
Dr. W. Vervoort, oud-hoogleraar in de Systematische Dierkunde aan de Rijksuniversiteit te Leiden; oud-directeur van het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden. |
Vv. |