Plaat XII
Table XII
Fig. XXI. ‘Greijne of Sparre Hout’. Uit: A. van Leeuwenhoek 1693: Derde Vervolg der Brieven, tussen blz. 478 en 479. - (Vgl. Brief 122 [74], blz. 108-110).
Fig. XXI. ‘Pine-wood or Fir-wood’. From A. van Leeuwenhoek 1693: Derde Vervolg der Brieven, between p. 478 and 479. - (See Letter 122 [74], pp. 109-111).
Fig. XXII. ‘Greijne of Sparre Hout’. Detail van de voorgaande Fig. XXI. Uit: A. van Leeuwenhoek 1693: Derde Vervolg der Brieven, tussen blz. 478 en 479. - (Vgl. Brief 122 [74], blz. 110).
Fig. XXII. ‘Pine-wood or Fir-wood’. Detail of the preceding Fig. XXI. From A. van Leeuwenhoek 1693: Derde Vervolg der Brieven, between p. 478 and 479. - (See Letter 122 [74], p. 111).
Afb. 15. Grenenhout (Pinus sylvestris L.). 325 X. Dwarsdoorsnede. 1. voorjaarstracheïden, 2. zomertracheïden, 3. houtstraal, 4. harskanaal. In principe heeft het hout van Vurenhout (Picea abies (L.) Karst.) dezelfde bouw. Naar L. Kny 1874: Botanische Wandtafeln mit erläuterndem Text, Plaat LI. - (Vgl. Brief 122 [74], blz. 108, aant. 131).
Ill. 15. Pine-wood (Pinus sylvestris L.). X 325. Transverse section. 1. early wood tracheids, 2. late wood tracheids, 3. ray, 4. resin duct. Essentially, the wood of Fir-tree (Picea abies (L.) Karst.) has the same structure. After L. Kny 1874: Botanische Wandtafeln mit erläuterndem Text, Plate LI. - (See Letter 122 [74], p. 109, note 59).