De wiskunstenaars of 't gevluchte juffertje
(1978)–Pieter Langendijk– Auteursrechtelijk beschermdAchtentwintigste tooneelWaard, Urinaal (in zyn onderkleêren), Raasbollius, Tys, Fop, Filipyn, Eelhart, Izabel, Katryn, Anzelmus, Griet (met licht) (Het toneel moet schielyk licht worden, zo als zy met kaersen opkomen)Ga naar voetnoot774/774
Anzelmus
Wat wil dit oproer, en geraas!Ga naar voetnoot774
| |
[pagina 98]
| |
Filipyn
775[regelnummer]
't Zyn dieven! hoor je 't niet?
Raasbollius
A sa! trompetters blaas!
Urinaal (vat Izabel)
Ik heb 'er een.
Izabel
Myn heer laat los wy zyn geen dieven!
Urinaal
Ik laat u niet eer los voor zulks my zal gelieven.
Anzelmus
Waar zyn de schelmen?
Urinaal
'k Heb 'er al één in myn macht.
Izabel
‘ô Hemel 'k zie myn voogd! laat los! laat los!
Urinaal
Al zacht,Ga naar voetnoot779
780[regelnummer]
Ge ontspringt my niet. Gy zult niet uit myn' handen komen.
Anzelmus (Izabel by de kaers beziende)
Laat my den dief eens zien. ha! ha! nu moogt gy schroomen!Ga naar voetnoot781
Zyt gy de dief! zyt gy de dief! ô Izabel!
ô Schandvlek van 't geslacht! ontaarde! ik ken u wel!
Gy zult dat vluchten in een mans habyt betreuren.Ga naar voetnoot784
785[regelnummer]
Foei! foei! ik zal u dat gewaad van 't lichaam scheuren!
En uw lichtvaerdigheid zo teug'len, dat elk één
Zich spieg'len zal aan u!
| |
[pagina 99]
| |
Eelhart
Wat wilt gy doen?
Anzelmus
Ik meen
Haar aanstonds te Uitrecht in een beterhuis te zetten,Ga naar voetnoot788
Om haar het vluchten in 't toekomend te beletten,
790[regelnummer]
Indien zy met myn neef zich aanstonds niet verbind.
Raasbollius
Hoe ik haar trouwen? neen: 'k ben daar niet toe gezind.
Anzelmus
Hoe waarom?
Raasbollius
Vraagt gy dat? wel ik heb uitgevonden
De schoonste inventie, daar geleerden lang na stonden;Ga naar voetnoot793
Zodat ik al zo ryk zal weezen in één jaar,
795[regelnummer]
Als al de vorsten van Europa met malkâar.
Urinaal
Dat zal de spiritus van poortaard zyn?Ga naar voetnoot796
Raasbollius
'k Moet zwygen.
Urinaal
Ei sterf niet met de kunst!
Raasbollius
Gy zult die kunst wel krygen,
Wanneer ik dood ben; hoop maar op myn testament.
| |
[pagina 100]
| |
Anzelmus
Gy zyt een groote gek, dat zie ik nu in 't end.
800[regelnummer]
'k Beloof u, 'k zal u plaats in 't zelfde huis doen maaken,
Daar Izabel, omdat zy zich heeft laaten schaaken,
In zitten zal, tot dat uw zinnen zyn bedaard.
Raasbollius
Ik leg 't in kennis. Hoort wat hy daar heeft verklaard.Ga naar voetnoot803
Anzelmus
Heer advokaat wat moet ik doen in deeze dingen?
Eelhart
805[regelnummer]
Zet hem in 't beterhuis, hy moet u niet ontspringen.
Maar geef uw nicht aan hem die zy zo teer bemint.
Anzelmus
Het laatste is iets dat ik nog niet geraaden vind.
Zou ik haar aan een schelm, een guit, een lichtmis geeven?
Izabel
Ik kan, noch wil, noch zal, met iemand anders leeven!
810[regelnummer]
Ja sluit my op; betoon me uw haat en dwinglandy;
De straf zal volgen op uw' wreede tiranny.
Anzelmus
Zwyg obstinaate, zwyg, 'k Wil u niet langer hooren.
Foei zyt ge uit ons geslacht, lichtvaerdige! gebooren!
Eelhart
Gy zyt in misverstand, myn heer, bedwing u wat.Ga naar voetnoot814
815[regelnummer]
Ik ben haar minnaar.
Anzelmus
Gy!
| |
[pagina 101]
| |
Eelhart
Ja, 'k zal dien lieven schat,
Dien gy my door uw haat en gramschap wilt berooven,
Beschermen.
Anzelmus
Advokaat, hoe kan ik het gelooven!
Eelhart
Ja, 'k ben een advokaat. Myn' eerelyken naam,Ga naar voetnoot818
Dien gy zo vuil beklad, dat ik my uwer schaam,
820[regelnummer]
Zult gy weêr zuiveren.
Anzelmus
Ik kan 't u niet bewyzen.
Zyt gy een eerlyk heer, zo moet gy zelfs mispryzenGa naar voetnoot821
't Geen gy gedaan hebt.
Eelhart
Wat?
Anzelmus
Hoe wat? myn nicht geschaakt.
Eelhart
Dat heb ik niet gedaan.
Izabel
'k Ben uit uw' dwang geraakt,
En weggevlucht, daar hy gantsch niet van heeft geweeten.
Anzelmus
825[regelnummer]
Hebt ge uit uw' eigen wil uw' plicht dan dus vergeeten!
| |
[pagina 102]
| |
Izabel
'k Ben hem hier by toeval ontmoet.
Anzelmus
Hoe is dat waar?Ga naar voetnoot826
Eelhart
Ja, en wy zyn zo vast verbonden aan malkaêr,
Dat maar alleen de dood die trouwe min kan scheijen.
'k Zal u beschermen lief, hou moed, en wil niet schreijen!
830[regelnummer]
Anzelmus, 'k zweer gy zyt zeer qualyk onderricht,
Ik heb my altyt wel gequeeten in myn plicht.Ga naar voetnoot831
Gaa mê nâ Amsterdam, 'k beloof u aan te toonen,
Dat zo veel gruuw'len in myn zuiver hart niet woonen,
En gy misleid zyt. Ik betuig 't u, met ontzag.Ga naar voetnoot834
Anzelmus
835[regelnummer]
Indien gy waarheit spreekt, en zo op uw gedrag
Dan niets te zeggen valt, voeg ik my naar de reden.
Eelhart
Indien gy 't anders vindt, myn heer, ik ben te vreedenGa naar voetnoot837
Den band van deeze min te breken.
Anzelmus
Nu, wel aan,
Op die konditie zal ik morgen met u gaan.
840[regelnummer]
Gy zult haar trouwen zo wy alles wel bevinden.
'k Zal morgen dit geval doen weeten aan myn' vrinden.
Waard
De dieven zyn 't nu licht door dat gebrui ontsnapt.Ga naar voetnoot842
| |
[pagina 103]
| |
Filipyn
Ze zyn licht in een hoek, maak dat men ze betrapt.
Fop en Tys
Ha! ha!
Waard
Hoe, lach je lui?
Fop
Wel ja, daar zyn geen dieven.
845[regelnummer]
't Quam dat je met den ham ons flus niet wout gerieven,Ga naar voetnoot845
Wy hebben hem gevild, hy leit daar in die kist.
Dat 's voor die pots van laatst.Ga naar voetnoot847
Waard
Jou guiten vol van list!
Daar meen ik jou lui ook een potsje voor te speelen,
Dat kan ik fraaij.
Tys
Ja, al zo goed als 't haver steelen.
Katryn
850[regelnummer]
Myn heer vergeef je my myn misdaad niet?Ga naar voetnoot850
Anzelmus
Katryn,
Zo alles wel is, zal 't u ook vergeeven zyn.Ga naar voetnoot851
Wy zullen morgen vroeg naar Amsterdam vertrekken.
Filipyn
Ik zal my dezen nacht vermaaken met die gekken,
| |
[pagina 104]
| |
En bombardeeren met boetelje, kan, en fluit,Ga naar voetnoot854
855[regelnummer]
Ter eere van myn heer, en zyne aanstaande bruid.
Raasbollius
'k Zal met myn' blaasbalg (ha! 'k moet lachen om die dwaazen!)
Het heele beterhuis aan duizend stukken blaazen.
|
|