Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend
[pagina 624]
| |
[Zangen des Tijds]Zangen des Tijds, politieke gedichten, vooral vóór en over het jaar 1848: 1o van Potgieter in liberale zin: Verandering van Amsterdams Wapen, 1841; Halve-Eeuws Wake, 1851; Het Nieuwe Tolhuis, 1859; Aan Twente, 1861; Ter Gedachtenisse, 1863. 2o van Da Costa, in anti-revolutionnaire richting; zie politieke poëzie; 3o van Ten Kate, eveneens in de trant van Bilderdijk: Aan Neêrland, 1840; Roepstem, 1840; Parijs, 1848; De Cholera, 1849. 4o van S.J. v.d. Bergh, verzen van ‘een geacht burger en braaf huisvader,’ 1850-'57. 5o van Helvetius v.d. Bergh, Jan de Droomer en Achttienhonderdachtenveertig. 6o van Engelen, Staatshervormen, 1845, tegen de Grondwetsherziening, satire, Horatius nagevolgd. 7o van Ter Haar, Aan een Apostel des ongeloofs, 1841; Parijs op een der Junijdagen van 1848; De Cholera, 1849; Het Communisme, 1850. Beoordeeld door Potgieter; Holl. Polit. Poëzy, 1848. Later tijdzangen van Schaepman: De Eeuw en haar koning, verheerlijking van Paus Pius IX, 1867; Parijs, 1872; Napoleon (III), 1873. |
|