Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend[Jan Frans Willems]Willems, Jan Frans -, 1793-1846, Vlaams letterkundige, de vader der Vlaamse Beweging; geb. te Boechout bij Lier; notarisklerk te Antwerpen. Bezong eerst Napoleon, maar in 1815 de hereniging van N. en Z. Nederland. Hij werd 1815 adjunct-archivaris, in 1821 ontvanger in Antwerpen. Maar om zijn Vlaamsgezindheid werd hij 1831 naar Eeklo overgeplaatst; in 1835 werd hij weer ontvanger, nu te Gent. In 1834 gaf hij Reinaert de Vos uit, in 1836 de Rijmkroniek van Jan van Heelu over de Slag bij Woeringen. Hij stichtte het ts. Belgisch Museum, 1837-'46. In 1846 verdedigde hij de rechten van de oude rederijkerskamer De Fonteine ten stadhuize met zoveel gloed, dat een beroerte hem trof en hij na enkele uren overleed. zie Willemsfonds. Van belang is ook zijn verzameling Oude Vlaemsche Liederen ten deele met de melodieën, 1848, bezorgd door zijn vriend Snellaert. Gedenkteken in zijn geboorteplaats en monument vóór de Vlaamse Schouwburg van Gent. Hij schreef 1819-'24 zijn Verhandeling over de Nederduytsche Tael- en Letterkunde, de eerste Ned. gesch. der Letteren in volle omvang. Onder zijn toneelwerk Quinten Matsys, 1816. Zijn Nalatenschap, dicht- en toneelstukken, uitgegeven door Pr. v. Duyse, 1856. Max Rooses schreef 1874 een Levensschets en gaf zijn Brieven uit. Bij zijn dood werden de redevoeringen, o.a. van Snellaert en Conscience en de Afscheidsgroet van Th. v. Ryswyck als Gedenkzuil uitgegeven. Jan Bols gaf in 1909 Brieven aan Willems uit. Een ‘volledig levensbeeld’, door Jef Crick, verscheen in 1946 te Gent. Over de herdenking te Gent in dat jaar Leo van Pruyvelde e.a. |
|