Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend[Willem I]Willem I, bij zijn geboorte als Erfprins verwelkomd in 2 sonnetten door Van Nuyssenburg, 1772. Bij zijn huwelijk in 1791 begroet met een Vaderlandsche Echtzang door Jan Scharp. Bespot in de klucht Abel Krombeen en Zijn Doorluchtige Hoogheid aan Den Helder, 1799, na de Inval der Engelsen en Russen. Westerman dichtte een Lierzang bij zijn terugkomst uit Engeland, 1813. Als koning vestigde Willem I aan de drie Belgische hogescholen een leerstoel voor het Nederlands; Schrant werd hoogleraar te Gent, Visscher te Leuven, Kinker te Luik. In 1831 verheerlijkte Tollens hem in zijn gedicht De Koning leev'. Geprezen in 1841 in het hekeldicht Antigonus (zie daar) van J.Th. v. Rijswijck. |
|