Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend[Willem III]Willem III, het eerst toegezongen door Vondel in zijn gedicht op De Ridderschap van Amsterdam, d.i. de erewacht die de Prins vergezelde op zijn tocht door de stad, 1666. 't Eerste huldedicht, aan Willem gewijd, was van Jan Zoet, 1666; deze dichtte in 1672 een Begroetingswoord; dit deed ook Ds. Vollenhove. Maar er verschenen ook spot- en schimpdichten; in 1710 opgenomen in de Ned. en L. keurdichten. Van 1672 is ook Venezoen; zie daar. Diederik Buysero bezong de Vrede van Nijmegen in De Triomferende Min; 1678. Hij schreef verder ook zulke bespottelijk hoogdravende lofverzen, dat de prins er zelf om lachte. Van 1679 is het zinnespel Tieranny van Eigenbaat; zie daar. Op de Tocht naar Engeland, 1688, maakte Petrus Rabus een heldendicht, waar hij een gouden erepenning mee verdiende. H. Van Halmael dichtte een spel op De Overtocht, onder de titel Hoop en Vrees, 1709. Lofdichten uit de tijd zelf van Kath. Lescailje, Laurens Bake, Willem Everwijn, Buysero en Ludolf Smids. Bij de kroning in 1689 kwamen vertoningsspelen van Govert Bidloo en van Thomas Arendsz. Toen kwam er ook een lofdicht van Oudaen, de grote voorstander van Jan de Witt, die nu de koning van Engeland prees als verdediger van de Hervormde godsdienst. David van Hoogstraten bezong de overwinningen in Ierland, 1690. Maar weldra trad Thomas Arendsz op voor burgermeesteren van Amsterdam met twee hekeldichten. Doch bij 's Prinsen terugkomst in 1691 kwamen verzen van J. v. Hervelt, D. v. Hoogstraten, P. Rabus, Droste, K. Lescailje, G. Bidloo en vooral van Joan Pluimer. Deze kreeg voor zijn opgeschroefde lofdichten een gouden gedenkpenning. De inneming van Namen werd verheerlijkt door Joh. Vollenhove, C. Droste, Samuel Silvius, W. v.d. Hoeven en François van Bergen, 1695. Van 1695 is ook de Lijkstaatsie van Maria van Thomas Arendsz. Dirk Buysero zette 1697 De Ryswyksche Vredevreugd op muziek. Wellekens dichtte een Herderzang op de Rijswijksche Vrede en bovendien nog een Jagerszang tot lof van Willem III. Ludolf Gockinga wijdde hem een Zegezang van 40 blz., 1699. Maar bovenal is Lucas Rotgans de grote vereerder van Willem III; hij vervaardigde een heldendicht in 8 boeken in Parnastaal. De Prins werd uitgeluid door Corn. v.d. Gon, Abr. de Wit Jr., W. v.d. Hoeven, Cornelia van der Veer, Ds. Gerard Outhof, Buysero en Joh. Vollenhove. Willem III wordt verheerlijkt in Schimmels werk, o.a. in het toneelspel Het Kind van Staat, 1859, en in de romans Sinjeur Semeynsz. 1875 en De Kapitein van de Lijfgarde. De Europeaan is de titel van een roman van K. Norel, waarin leven en werk van Willem III wordt geschilderd, 1950. |
|