[tragedie]
tragedie = treurspel; moest volgens de klassieke opvatting schrik en mededogen opwekken. Moest gebouwd zijn naar de leer der drie eenheden, van plaats, van tijd (alles in één etmaal) en van handeling, toegeschreven aan Aristoteles; verkondigd door Seneca, de L. navolger der Gr. klassieken. Leer gehuldigd tot in de 18e eeuw, ofschoon Shakespeare (1564-1616) en Lopez de Vega (1562-1635) zich er reeds volstrekt niet meer aan hielden; krachtig verdedigd door de F. kunstrechter Boileau, 1636-1711. Lessing maakte een einde aan het gezag der F. klassieken. De tragedie laat de strijd en de ondergang zien van de hoofdpersoon tegen vijandige, hogere machten.