[De Spectator]
Spectator, De -, tijdschrift voor het toneel, 1843-'50. Pauwels Forestier was er de ziel van. Medewerkers waren Hilman en Ruyl. Zij tastten het Jordaans van de Amsterdamse spelers aan; Peters, Roobol en Van Ollefen deden er hun voordeel mee. Verder werkten J.W. Cramer en S.J. v.d. Bergh mee. De Spectator wijdde zich ook aan letterkundige kritiek; hier vindt men in tegenstelling tot Potgieter liefde voor de M.E. en voor de klassieken. Het ts. trad ruw op, veroordeelde de opvoering ‘van het vuilste draf der uitheemsche litteraturen.’ 't Gevolg was, dat de beschaafden nu helemaal niet meer in de schouwburg kwamen en dat de directies ander publiek lokten met opera's en balletten, met vertaalde melodrama's en spektakelstukken als Lazaro de Veehoeder van J. Bouchardy of De Schipbreuk van de Medusa, 1850. In 1847 trad Alberdingk Thijm op als hoofdredacteur, met De Bull en Schimmel als medewerkers, en werd de kritiek beter.