Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend
[pagina 344]
| |
eeuw; speelman aan vorstelijke en adellijke hoven, naar het voorbeeld der F. troubadours. Maerlant waarschuwde er tegen als leugenvertellers. Uit zijn Alexander blijkt, dat ze met muziek hun werk begeleidden: Daer was menich trompe langhe,
Vedelen, haerpen ende symphonien,
Cystolen die wel leren vrien,
Salterien, orghelen ende sciven.
zie garrulus. |
|