[David Lingelbach]
Lingelbach, David -, 1641-'88, heelmeester te Amsterdam, lid van Nil volentibus, toneeldichter. In de opdracht van zijn treurspel Cleomenes, 1687, gaat hij in tegen de opvatting van Nil, dat vertalen beter is dan eigen werk. Zijn klucht Ontdekte Schijndeugd, 1687, behelst de zelfde geschiedenis als die van Lichte Klaartje van Nooseman. Dan is er nog een treurspel Apollonius, koningh van Tyrus, 1662, opgedragen aan Anna van Hoorn, de vrouw van Cornelis van Vlooswijck; zijn eerste werk, naamloos uitgegeven; een gruwelstuk. Aan Jan Vos droeg hij in 1664 zijn treur- en blijeindend spel De spookende minnaar op. Van 1669 is zijn spel met kunst- en vliegwerken De Liefde van Diana en Endimion. Hij erfde van zijn vader de helft van de Doolhof op de Rozengracht. In 1686 werd zijn opera Amintas en Amarillis opgevoerd in de schouwburg te Buiksloot; in 1687 pachtte hij met Joan Koenerding die van Amsterdam, gesteund door Katharina Lescailje, Frans Ryk en Emanuel v.d. Hoeven.