[levertjes]
levertjes, dichtregels toegesproken aan de bruid op het bruiloftsmaal door een der gasten met een stuk lever op de punt van zijn mes, heel vaak van nu onbegrijpelijke vuilheid. Bruilofs Levertjes, kus-, drinken blaas-levertjes o.a. in De vrolijke Bruidlofs Gast door J. Jonker, 1697. Ook Lever-Rymen.