[Van den Lande van Oversee]
Lande van Oversee, Van den -, lyrisch gedicht van Maerlant na de val van St. Jean d'Acre, 1291. Fel tast hij de ‘Kerk van Rome’ aan:
Die Kerke van Rome is dusdaen vraet,
Si is dronken ende al sonder raet,
Die hovet is van Kerstijnhede.
Noch de kerk, noch de vorsten, noch de edelen trekken zich er iets van aan, dat het Heilige Graf verloren is gegaan. Hij roept op tot een nieuwe Kruistocht:
Kersten man, wats die gheschiet?
Slaepstu? hoe ne dienstu niet
Jhesum Christum dinen here?
Waarschijnlijk onder invloed van La Complainte d'Outremer van Rutebeuf; vol dichterlijke gloed en innig gevoel.