[Dr. Willem Asselbergs]
Asselbergs, Dr. Willem -, geb. 1903 te Bergen-op-Zoom, R.K. letterkundige en dichter onder ps. Anton van Duinkerken. Onder zijn bundels gedichten Lyrisch Labyrinth, met een afdeling Protest, hekeldichten tegen Molkenboer, Van Ginneken, A.M. de Jong e.a., 1930; Het Wereldorgel, kleine wereldgeschiedenis op rijm, 1931, en Hart van Brabant, 1936. Onder zijn essays: Hedendaagsche Ketterijen, 1929 en Katholiek Verzet, 1932, tegen Marsman, Ter Braak en Coster. In zijn Welaan dan, beminde geloovigen maakt hij Hadewych, Maerlant, Anna Bijns, Vondel, Thijm, Van Eeden en Gerard Bruning tot ‘getuigen voor de Katholieke levenswil van het heden’. In 1941 Ned. vromen v.d. nieuwen tijd, gebundelde krantenartikelen. Van 1942 Ascese der Schoonheid, commentaar op de poëzie van A. Roland Holst. Hij gaf een bloemlezing De Katholieke Poëzie uit in 3 delen. I. Middeleeuwen; II. Dichters der Contra-Reformatie, 1932, met inleiding, bekroond met de Van der Hoogtprijs en met een Leuvens ere-doctoraat; III Dichters der Emancipatie, 1700-1938. Studies over Twintig Tijdgenooten, 1934. Medewerker aan de nieuwe Gesch. v.d. Letterkunde voor de tijd na 1880. Hij was bijna van 't begin af de leider van De Gemeenschap; ook redacteur van het R.K. dagblad De Tijd en sedert 1934 mederedacteur van De Gids, de eerste Katholiek. Bijzonder hoogleraar te Leiden, in de Vondelstudie, 1940. Dichters om Oranje, met P.J.G. Huincks, 1946.