Z
Zaagpoort, de-,
‘was 'n platte, lage poort, waar 't altyd zo naar as rook’, legt m. uit in Idee 363 (vw ii, p. 529). In een noot hierbij schrijft hij dat het de Zaag- of de Raampoort was (vw ii, p. 715). De Raampoort, bij de tegenwoordige Bloemgracht, was een kleine doorgang onder de westelijke wal van Amsterdam tussen de Haarlemmer en de Leidse Poort. In 1844 werd zij bij de ontmanteling van Amsterdam afgebroken. De Zaagmolenpoort lag noordelijker dan de Raampoort aan diezelfde wal, ter hoogte van het tegenwoordig Frederik-Hendrikplantsoen. Deze eveneens kleine poort werd in 1850 wegens bouwvalligheid afgebroken.