Wattez, Omer-,
1857-1935, geb. te Schorissebij Oudenaarde, leraar aan het Atheneum te Doornik en later te Antwerpen. Onder invloed van m. publiceerde hij begin januari 1884 Meer licht!. Eerste illuminatie. Vlammetjes van Oortjeskaarsen, aangestoken door Remo. In het hierin opgenomen opstel over m., prijst Wattez hem als waarheidszoeker (dit opstel is afgedrukt in vw xxiii, p. 25-27). Op 11 januari 1884 bedankt m. Wattez voor de toezending van een exemplaar van diens boek. Hij raadt hem aan zijn boek ter recensie naar De Nederlandsche Spectator te sturen, hoewel hij niet durft te garanderen dat het boek gunstig besproken zal worden. Het is nl. in Nederland mode, aldus beargumenteert hij, ‘alles wat my genegen is naar beneden te halen, of niet dan zeer flauw te pryzen’ (vw xxiii, p. 38-39).
Bij m.'s overlijden publiceerde Wattez in De Nederlandsche Dicht- en Kunstholle (1887) het artikel ‘Multatuli's dood’. Verder stichtte hij rond 1880 in Oudenaarde een Multatuli-kring. Hierover schrijft hij op 23 november 1895 aan J. Pée. Pée noemt deze brief in zijn Multatuliana (1937, p. 44-45), waarbij hij vermeldt dat deze Vlaming later de ‘vrijzinnige mening afgevallen’ is, ‘Maar nooit ontkende hij de hoge kunstenaarsgave in Multatuli’.