Saksen,
Germaanse stam in Noordwest-Duitsland, die in 804 door Karel de Grote werd onderworpen. De Saksen verzetten zich tegen evangeliepredikers als Bonifacius en Ludger.
In Idee 659 schrijft m. dat de ‘heidense Sakser’ de atheïst martelt ‘omdat hy de hand durfde slaan aan hun afgoden’ (vw iv, p. 659).