Multatuli Encyclopedie
(1995)–K. ter Laan– Auteursrechtelijk beschermdRuyter, Michiel Adriaanszoon de-,1607-1676, begonnen als touwslagersknecht, verkoos hij de zeevaart en klom op tot kapitein bij de koopvaardij. Op middelbare leeftijd werd hij tegen wil en dank betrokken bij de opbouw van de oorlogsvloot, waarvan hij admiraal werd. Als zeeheld werd hij vermaard door zijn overwinningen in de Engelse oorlog en tegen de kapers in de Middellandse zee. In 1675 werd hij met 18 oorlogsschepen uitgezonden om voor Spanje Napels en Sicilië tegen de Fransen te verdedigen. Hij wees de Heren Staten op zijn veel te zwakke macht, maar ging uiteindelijk toch accoord. Op 22 april 1676 overwon hij in de zeeslag | |
[pagina 404]
| |
bij de Etna, maar stierf een week later te Syracuse aan zijn verwondingen. Uit Johan de Witt en zijn tijd (3 dln., 1842) van *P. Simons behandelt m. in Idee 452 (vw iii, p. 171-173) De Ruyters beklag bij de Heren Saten. De Ruyter zou geweigerd hebben te salueren bij het ontmoeten van Engelse schepen. Hij legt vervolgens verband tussen het optreden van de Heren Staten toen en van de ministers nu; beide partijen hebben geen oog voor de ‘ware belangen des Volks’: ‘Dezelfde geest die onzen De Ruyter noodzaakte tot 'n laagheid in dienst, welke hy niet zou begaan hebben als mens... dezelfde geest die 'm weinig jaren later, onvoldoend uitgerust, in den stryd jaagde, om hem te doen bezwyken by Syrakuse... die geest belet heden onze ministers, onze hoogmogenden - godbeter 't! - in zulke infamie iets anders te zien dan materie ter homologatie [=officiële, m.n. gerechtelijke goedkeuring] van zeer capabele beslechting ener hoogst-epineuse kwestie over 't jus gentium [Lat. volkenrecht].’ (vw iii, p. 172-173) In de Woutergeschiedenis maakt Leentje de Haas voor meester Pennewip een gedicht op Admiraal de Ruyter, waarin diens heldendaden verheerlijkt worden. Het gedicht telt zes trofen, de eerste en laatste luiden: ‘Hy is op een toren geklommen,/En heeft daar touw gedraaid,/Toen is hy op zee gekommen,/En werd met roem bezaaid. |
|