Multatuli Encyclopedie
(1995)–K. ter Laan– Auteursrechtelijk beschermdLier, Israel Charles van-,1833-1877, stenograaf van de eerste klasse bij de Staten-Generaal, en (volgens eigen mededeling) in 1861 verbonden aan het 's Gravenhaagsch Weekblad. Daarnaast behoorde hij tot het bestuur van de afdeling 's-Gravenhage van de in 1866 opgerichte Maatschappij tot Nut van den Javaan en was hij hoofdredacteur van De Indiër. In 1869 vertrok hij naar Indië, waar hij hoofdredacteur werd van het Bataviaasch Handelsblad. In 1861 publiceerde Van Lier een recensie van de Minnebrieven in het 's Gravenhaagsch Weekblad. In een brief aan Tine van wsch. eind augustus 1861 schrijft m. dat men in een ‘haagsche courantje’ vraagt wat ‘ik toch wil’. ‘Ik vind die vraag stom. Ik zal voorloopig niet antwoorden.’ (vw x, p. 498). In de Divagatiën noemt hij Van Lier iemand die ‘nog altyd, ná Havelaar, niet weet wat er in Indië moet of had moeten gedaan worden’ (vw v, p. 334-335). Verder krijgt Van Lier een sneer in een noot bij Idee 292 (vw ii, p. 706) en schrijft m. over hem in de Millioenen-studiën: ‘Meer kan ik niet voor hem [Van Lier] doen, daar onsterfelykheid nu eenmaal zyn zaak niet is’ (vw v, p. 310). *Maatschappij tot Nut van den Javaan |
|