Juvenalis, Decimus Junius-,
ca. 60-140, Romeins satirisch dichter. Zijn indignatio (Lat. verontwaardiging) in zijn werken verhoogde hij door de technische middelen van de retoriek.
In Idee 318 schrijft m. dat hij zijn Ideeën geheel alleen schrijft, ‘zonder andere hulp althans dan van de indignatio die Juvenalis hielp aan z'n verzen’ (vw ii, p. 508; cf. Idee 454, vw iii, p. 189 en Idee 535, vw iii, p. 368). In Idee 927 spreekt hij van een ‘Juvenalische verontschuldiging’ (vw iv, p. 673). Wanneer hij in een brief aan C. Busken Huet d.d. 21 juni 1867 klaagt over de verwijdering tussen hem en zijn vrouw en kinderen, schrijft hij:
‘Ik weet by ondervinding dat Juvenalis gelyk heeft met z'n “indignatio” als ingeefster - maar Juvenalis had er by kunnen zegen dat die verontwaardiging het doel voorby - en tot walging kan overgaan. Dan smoort ze de uiting, dan maakt ze stom.’ (vw xii, p. 283)