Jozua,
richter in Israël, opvolger van Mozes, veroverde en verdeelde het Beloofde Land. Hij zou de maan hebben laten stilstaan tot het volk zijn vijanden gewroken had (Jozua 10:13). In Over Specialiteiten schrijft m. dat men tegenwoordig niet meer aan dit wonder gelooft, maar ‘mogen we nu telkens 'n nieuwen Jozua erkennen in ieder dien 't gelukte zich door 'n paar dozyn kiezers te doen proklameren voor 'n specialiteit in stilstaan?’ (vw v, p. 563).
Bij de inneming van Jericho werden de verspieders door de hoer Rachab verborgen. Het huis van Rachab, aldus Jozua 2:15, ‘was op den stadsmuur, en zij woonde op den muur’. Na de val van de stad werd Rachab met haar familie gespaard (Jozua 6:25). ‘Sla eens Jozua ii en vi op, en lees aandachtig. Uit die hoofdstukken kunt ge leren dat men als 'n hagedis op een muur wonen kan, en toch welgevallig zyn aan... heren, en zelfs aan den “Heer”.’, schrijft m. in Idee 811 (vw iv, p. 531).