Multatuli Encyclopedie
(1995)–K. ter Laan– Auteursrechtelijk beschermdGibson, Walter-,Amerikaan die, in navolging van Brooke, in Djambi zijn geluk beproefde. Toen in 1851 een aantal Djambische vorsten zich mengde in de strijd in de Palembangse Bovenlanden, trachtte hij van de verwarring gebruik te maken, om de sultan op te zetten tegen het Nederlandse gezag. Hij beweerde dat de Nederlands-Indische regering geen bewijsbare rechten op Djambi had en trachtte daar een positie te scheppen voor de Verenigde Staten. De regering greep echter tijdig in en voerde Gibson naar Batavia. Hij werd veroordeeld tot de doodstraf, die echter na een gratieverzoek werd omgezet in gevangenisstraf. Maar Gibson wist te ontvluchten. De regering van de Verenigde Staten nam met deze straf geen genoegen, zij eiste het recht ter plaatse een onderzoek in te stellen. Na lange besprekingen werd een voor alle partijen bevredigende regeling aanvaard, volgens welke vreemde mogendheden in Nederlands-Indië consuls zouden mogen vestigen, om voor de belangen van hun onderdanen op te komen (F.W. Stapel, Geschiedenis van Nederlandsch Indië, Amsterdam, 1938-1940, dl. v, p. 307). In een noot uit 1870 bij Nog eens: Vrye Arbeid deelt m. mee dat Gibson zich na zijn ontsnapping in Den Haag vertoonde, waar hij geïntroduceerd en toegelaten werd in de *Witte Sociëteit: ‘Het enige wat Nederland durfde doorzetten, was het weigeren van de door dat sujet gevorderde... schadevergoeding van 100.000 dollars. Dat echter de wettig gecondemneerde, uit een Nederlandsch-Indische gevangenschap ontsnapte Gibson, ongedeerd ons land bezoeken kon, geeft weinig hoop op ontwikkeling van energie, indien hy met een paar maal honderdduizend soortgenoten Insulinde eens weder mocht komen bezoeken.’ (vw v, p. 475-476) |
|