Ferdinand II,
1578-1637, keizer van Duitsland van 1619 tot 1637. Nadat hij in enkele landen het protestantisme had uitgeroeid, maakte hij plannen om ook in Hongarije en de Bohemen - van beide landen was hij koning - deze godsdienst uit te roeien. Hieruit ontstond de Dertigjarige Oorlog, waarbij hij veel steun kreeg van de katholieken. Hij was in zijn besluiten geheel afhankelijk van zijn biechtvaders en raadgevers. Op dit laatste zinspeelt m. in Pruisen en Nederland, waarin hij schrijft dat Ferdinand ii ‘niet zo onbekwaam’ was als ‘vele zyner voorgangers en opvolgers’. Hij was ‘geheel in de macht der vorsten die belang hadden by zyn gezag, en zelfs van zyn eigen generaal Wallenstein, die hem de hardste voorwaarden opdrong, voor hy zich verwaardigde het bevel weder op zich te nemen, dat hy uit gekrenkte eerzucht had nedergelegd’ (vw iv, p. 28).