Adolfshöhe,
café-restaurant op de gelijknamige heuvel ten zuiden van Wiesbaden op de weg naar Biebrich, waar m. in 1872 een kamer huurde om rustig te kunnen werken (niet te verwarren met de Adolfsberg, direct ten noorden van het Kurhaus van Wiesbaden). Door m. in zijn brieven soms afgekort tot A.H. (bijv. in een brief aan G.L. Funke d.d. 5 augustus 1872, vw xv, p. 300). Hij verzorgde daar de correctie van de eerste bundels Ideeën en schreef er de vierde bundel Ideeën. Op 10 augustus 1872 schrijft hij zijn uitgever Funke:
‘Na Edu's vertrek zei ik aan Mimi: “zorg dat ik elken dag stipt naar Adolfshöhe ga.” En dat is geschied. Ik heb op de kamer die ge gezien hebt, gezeten van 9 tot 3, 4, ½5, zonder iets te kunnen doen. (...) Ik zit hier ongestoord, en kan geen beter kamer wenschen. Eenmaal daags slechts zie ik iemand, het meisje dat me koffi brengt, en ze loopt op de teenen - nu ja, dat hindert me! 't Is als 'n sarkasme op m'n werkeloosheid.’ (vw xv, p. 306)