Gezelschapsliederen of uitgezochte verzameling van 145 Nederlandsche Zangen en 14 Volksliederen(ca. 1900)–Jb. Kwast– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 176] [p. 176] Mijn vaderland. O dier-baar plek - je grond, Waar eens mijn wieg op stond, Mijn va-der - land! U die mij wo - ning bood, En koes-ter - de in uw schoot, Zij ook in nood en dood, Mijn trouwten pand. In uw historieblaan Lees ik de groote daan Van 't voorgeslacht. Hun leus zij ook ons woord, Het word van elk gehoord, 't Blijv' immer ongestoord: Eendracht maakt macht. Oranje en Nederland Zijn immer nauw verwant In vreugd en smart. Die band zij onze kracht, Die eendracht onze macht, Die leuze nooit veracht Door 't Hollandsch hart. God! zegen onzen vorst, Die 't staatsjuk moedig torscht Tot heil van 't land. Blijv' uw onfeilbre raad, Zijn steun en toeverlaat Daar hij slechts veilig gaat Aan uwe hand. Dat onze welvaart groei', Dat onze handel bloei' In rust en vree. Zoo daal' uw zegen neer! En dat wij allen. Heer! Steeds leven U ter eer, Is onze bee. Vorige Volgende