mieren moeten al-tijd werken.
nee hoor, zegt mier-na.
er is een tijd om te werken
en er is een tijd voor pret.
nu is het tijd om te werken, roept djoemie.
ons nest is nog steeds niet klaar.
pier-tje knip-oogt naar mier-na
als het af is mag je zingen, belooft hij,
want dan is het feest.
doen jullie dan ook mee? vraagt mier-na aan de waak-mieren.
de waak-mieren kijken el-kaar aan.
van-zelf, zegt de grootste van ze dan.
iedereen lacht blij.
pier-tje, mier-na, djoemie en de waak-mieren zijn vrienden geworden.