| |
X.
| |
[Xavery. (Albert)]
XAVERY. (Albert) ‘In een Lusthof, bij het dorp Zeist, - bij Utrecht - ziet men twee levensgroote Stroombeelden, door albert xavery. Of deze aan jan baptist verwant was, bleek ons niet,’ zegt A. van der Willigen, IV, bl. 138.
| |
[Xavery, (Franciscus)]
XAVERY, (Franciscus) zoon van den verdienstlijken beeldhouwer jan baptist xavery, een Hagenaar van geboorte, werd in de kunst onderwezen door zijn Oom, gerard josephus xavery en daarna bij jacob de wit, te Amsterdam. Hij schilderde in eene bevallige manier Landschappen, met beeldjes en beestjes gestoffeerd, en is vervolgens van 's Gravenhage naar Amsterdam, of elders, vertrokken. Volgens P. Terwesten, Ms., die hem ook op het jaar 1768, als lid van de Kamer van Pictura, te 's Hage, ingeschreven, verraeld. - Hij heeft zich te Rotterdam gevestigd, waar hij een ruim bestaan vond in het beschilderen van Waaijers, een heerschende mode van dien tijd, die aan veel kunstenaars werk verschafte, dat goed werd betaald.
| |
[Xavery, (Gerardus Josephus)]
XAVERY, (Gerardus Josephus) een Antwerpenaar van geboorte, doch onbekend in welk jaar, alsmede wie zijn meester is geweest. Hij schilderde Portretten, Jagtstukken, Basreliefs, doch meest Bloemen, volgens P. Terwesten, Ms., die hem den broeder noemt van den beroemden beeldhouwer jan baptist xavery, geboren (te Antwerpen) 1697, ‘doch in verre na zoo een Meester niet in zyne kunst, als deszelfs broeder, de beeldhouwer, zynde te 's Gravenhage overleden, in het jaar 1752 of 1753;’ dus niet in 1742, zooals Immerzeel zegt. - In 1741 vond ik hem als Lid van de Kamer van Pictura, te 's Gravenhage, ingeschreven. - In den Catalogus van J.O. Husly, Amsterdam, 1798, waren, onder Nr. 18: ‘Twee stuks galante stukjes, zijnde Arlequinades, bevallig in den smaak van watteau geschilderd, door g.j. xavery, yder h. 17., br. 13 dm. Amst.’ - Hij heeft ook geëtst. De volgende etsen zijn bij P. Schenck, te Amsterdam, verschenen, als: Portret van H. Velse; g.j. xavery fecit; met een Hollandsch vers: ‘De Stut der Weduwe en Wees,’ enz., in 4o. - Het Italiaansche Tooneel; voorstellende liefdesgevallen, met Hollandsche en Fransche verzen van Van Halen; 17 bladen, met Titel, in 4o. - Het nieuw geopende Italiaansche Tooneel; met Arlequinades; met idem verzen, 17 bl., idem in 4o. - Aardige verzameling van Koorddansers, Goochelaars, Kunstspringers enz., 16 bl., in 4o. - p. tanjé heeft, in 1747, het fraaije Portret van den Griffier Fagel, naar zijne teekening, gegraveerd, in fo. - Nagler noemt nog een idem van C. Bynkershoek, doch dit is mij niet bekend.
| |
[Xavery (Jacob)]
XAVERY (Jacob) is bij Immerzeel vermeld. - Nagler zegt, dat hij, in 1736
| |
| |
te 's Gravenhage, is geboren, en, in 1769, met zijne familie naar Parijs vertrok, doch dat het jaar van zijn overlijden niet is bekend. - Daar hij steeds te Amsterdam heeft gewoond, en na daar een goed fortuin te hebben gemaakt, is het aanneemlijk, dat hij na den dood van zijn magtigen beschermer, gerret braamcamp, tot het besluit is gekomen, om zich te Parijs te vestigen, want bij dien Heer waren niet minder dan 24 stuks schilderijen van zijne hand, waaronder het Portret van braamcamp, door de prent van r. vinkeles sculp., 1766, bekend; dat van jacob cresant, behalve nog verscheiden zalen en andere tafereelen, die tot braamcamp's woonhuis, genaamd Sweedenrijk, behoorden, en welk huis, na diens dood, in 1771, voor ƒ136,000 is verkocht. - Het Portret van de gevierde danseres Monti, met omgevend bijwerk, is fraai door j. houbraken, in 1768, gr. fo., naar zijne schilderij gegraveerd.
| |
[Xavery (Jan Baptist)]
XAVERY (Jan Baptist) is, naar waarde, door Immerzeel te boek gesteld. Ik kan niet nalaten, hier nog bij te voegen twee Graftombes, door zijn genie zoo schoon volvoerd, namelijk, die voor den grooten Menno, Baron van Coehoorn, Generaal der Artillerie in dienst der Vereenigde Nederlanden, door veel deskundigen ver boven den beroemden Vauban, de regterhand van Lodewijk XIV., gesteld, en die in 1704, oud 63 jaar, overleden is. Zijne familie heeft in de kerk van het dorp Wykel, door onzen xavery, dit voor ons land zoo vereerend Gedenkteeken doen oprigten, waartoe de Staten van Friesland eene som van ƒ10,000 hadden geschonken. daniel morot heeft er eene Afbeelding van in plaat gebragt, terwijl er nog een door j.e. marcus sculp., in 1819, werd uitgegeven. - De andere Tombe is die voor den Frieschen Edelman Sicco van Goslinga, Grietman van Franekeradeel, Gedeputeerde te velde, Gezant van den Staat in Frankrijk enz., overleden 20 September, 1731, en voor zijne vrouw Jannetta Isabella Barones thoe Swartzenberg en Holandsberg, overleden 25 Januarij, 1735, op last der kinderen door j.b. xavery vervaardigd, en in de kerk van het dorp Dongjum, in Friesland, geplaatst. Eene afbeelding en beschrijving dier Graftombe vindt men in den Nieuwen Frieschen Volksalmanak, voor 1856, bl. 79.
| |
[Xavery. (Pieter en P.R.)]
XAVERY. (Pieter en P.R.) Of deze tweeledige beteekening, die, met gelijktijdige jaartallen, op beeldhouwerk voorkomt, voor een-en-denzelfden persoon moet gelden, of wel dat het broeders of neven zijn geweest, is mij nog niet duidelijk gebleken. Bij de beteekening p.r. in den Catalogus van J.R. Krauht 's Hage, 1771, en in dien van Van der Marck, te Leyden, verkocht te Amsterdam, 1773, heb ik vermeld gevonden den Oude. Zeker is het, dat door dezen xavery reeds werk in ons land vervaardigd en beteekend is, lang voor de geboorte van den beroemden jan baptist xavery, 1697, want Van Mieris, Beschryving van Leyden, I, 386, zegt, dat op het gebouw over de Papengracht het Wapen der Stad Leyden, aan de beide zijden, versierd is met zittende beelden, voorstellende de Geregtigheid en de Voorzigtigheid, in 1672, door xavery gemaakt. - In Utrecht berusten veel van deze boetseerwerken, en ik vermeen, dat die allen uit de Verzameling van het beroemde Buitenverblijf Zyde-balen, bij Utrecht, - Zie daarover mijn historisch berigt in den Utrechtschen Volks-Almanak, 1851, - afkomstig zijn. - Ik bezit een fraai geboetseerde en gebakken groep, voorstellende Maria, met het Kind-Jesus en Joseph, ongeveer 33 Nederl. duimen hoog en breed; beteekend p.r. xavery inv., 1672. - Voorts drie stuks van de Vijf zinnen, uit het gemeene leven luimig voorgesteld, beteekend p. xavery inv. 1672; h. ongeveer 30 dm., idem. - Bij den Heer j. rynbout, te Utrecht, berusten mede drie groepen, met voorstellingen uit het gemeene leven, eveneens beteekend. - Zie nog op AVRY. (....)
| |
| |
| |
[Xavery. (T.)]
XAVERY. (T.) ‘Een Herderin, met verscheiden beesten, in een Landschap, een watertje doorwadende, naar n. berchem, door t. xavery, 1761, ƒ8-15,’ vond ik in den Catalogus der Teekeningen van G. Braamcamp, 1771, te Amsterdam, onder Nr. 57, vermeld.
|
|